zaterdag, november 10, 2007

Opheffing ontslagbescherming

De ontslagbescherming voor de werknemers te laten vallen, althans drastisch te versoepelen is een stokpaardje van de werkgeversorganisaties. Er is nu meer werkgelegenheid zodat een versoepeling van het ontslagrecht mogelijk is. Alleen de vrees van misbruik is direct aanwezig. Dit gebeurt wanneer er eerst getoetst wordt nadat het ontslag aangezegd is. De gegrondheid van de beëindiging van het dienstverband moet m.i. in ieder geval vooraf voorgelegd worden aan een onafhankelijke instantie.

Volledige opheffing van de ontslagbescherming is zondermeer nadelig voor oudere werknemers. In de regel verdienen ouderen meer zodat men deze liever met vliegende trom ziet vertrekken. Alleen werk tegen veel minder geld wordt dan de enige optie en anders een korte WW met daarna bijstand.

Minister Donner faalde al op Justitie en waarschijnlijk vindt hij nu zijn Waterlo op Sociale Zaken. De opheffing van het ontslagrecht in de vorm zoals hij voorstelt is voor PvdA, de coalitiepartner, als mede de vakverenigingen onaanvaardbaar. Hij probeert het nu met een overgangsregeling voor oudere werknemers. Ook dit is een slecht plan omdat de tegenstelling tussen oud en jong alleen maar vergroot wordt. Reeds nu hebben jongeren al het idee, dat zij de zwaarste lasten moeten dragen. Daarbij is te denken aan de betaalbaarheid van de AOW.

Een modernisering van het ontslagrecht is zeker gewenst, alleen dan zal er iets anders uit de bus moeten komen als door de minister in het verlengde van de werkgeversorganisaties voorgesteld is. Er zal over deze zeer belangrijke zaak overeenstemming moeten komen met de vakbeweging. De regeringspartijen mogen hierover geen handjeklap doen door andere kwesties hiermee te mengen. Er zijn namelijk nog meer hete hangijzers waarover de coalitiepartijen het niet eens zijn.
G.P.Beek

vrijdag, november 09, 2007

Nederlandse deelname aan gasproject

De deelname van de Gasunie aan de Russisch-Duitse gasleiding is slechts een winsituatie voor Rusland. Dit land levert niets van haar aandeel in en hierdoor behoudt het staatsbedrijf Gazprom een meerderheidsbelang. De Duitse partners in het project staan een bepaald aandeel af aan de Gasunie. Gazprom en daarom Rusland verkrijgen echter wel een extra bonus doordat zij mogen deelnemen aan de leveranties die de Gasunie aan Groot Brittannie verricht.
De machtsinvloed van het Kremlin is slechts uitgebreid en Rusland krijgt Europa steeds verder in haar greep. Olie en gas zijn uitstekende politieke wapens. Het recente verleden geeft dit aan. Op het oog misschien een goede deal, maar of het ook zo is, zal de toekomst leren.

Het is toch een erg slecht, dat ons land met aanvankelijk een grote gasvoorraad zich moet richten tot Rusland voor de levering van gas.
De gasopbrengsten uit eigen bodem zijn slechts in geringe mate ten goede gekomen van de bevolking. De gasprijs is voor de consument door de koppeling aan de olieprijs extreem duur geworden. Een dagelijkse behoefte wordt hierdoor in een luxe artikel.

De nieuwe overeenkomst met Rusland moet de garantie geven, dat de consument gas geleverd
kan krijgen. Alleen wanneer het Kremlin de gedachte krijgt, dat er te weinig betaald wordt, zal men zeker weer dreigen om de gaskraan dicht te draaien. Wit-Rusland en de Oekraïne weten hierover mee te praten. Het blijft een moeilijke zaak omdat er weinig te kiezen valt.
De landen die gasvoorraden hebben zijn beslist niet de betrouwbaarste partners.
G.P.Beek

Boodschappenpakket wordt duurder

De supermarkten geven aan dat de boodschappen duurder worden. Vooral producten uit zuivel, graan en oliën zullen fors in prijs stijgen. De oorzaak hiervan zijn de stijgende grondstofprijzen. Naar zich laat aanzien is dit niet het enige argument. De levensmiddelenfabrikanten zien thans hun kans schoon de prijzen die zij berekenen aan de supermarkten fors omhoog te schroeven.

De supermarkten hebben vooral tijdens de supermarktoorlog de bewuste fabrikanten behoorlijk onder druk gezet en nu presenteert men daarvoor de rekening. De aanvankelijke winnaar, de consument, dreigt de grote verliezer te worden. Wel willen de supermarkten proberen het walletje bij het schuurtje te houden, maar deze belofte is te vrijblijvend. De consument heeft door zijn koopgedrag de supermarkten ook het idee gegeven dat de prijs er in feite weinig toe doet.

Nu de boodschappen inderdaad veel duurder worden en bepaalde producten zelfs uitzonderlijk veel in prijs gestegen zijn, is de consument weer enigszins uit de slaap ontwaakt. Steeds meer klachten over de prijzen dringen door tot directiekamers van de supermarkten en men begint er ernstig rekening te houden met omzetdalingen met alle gevolgen van dien.
G.P.Beek