Vrije markt drijft energieprijzen op
De stroom en gasrekening van een doorsnee huishouden wordt het volgend jaar minimaal 150 euro duurder. De leveranciers rekenen prijsverhogingen als gevolg van de duurdere olie direct door aan de consument. Dit komt door de liberalisatie van de markt.
Voorheen was dit niet mogelijk omdat de energiebedrijven door overheidsbemoeienis slechts stapsgewijs tot verhoging mochten overgaan. De Heer Brinkhorst, de minister van Economische zaken, is een sterk voorstander van een vrije markt. De zegeningen van deze markt zouden ten goede komen aan de consumenten. De vergrote concurrentie was een garantie voor prijsdalingen. Deze concurrentie stelt feitelijk weinig voor en tot op heden vonden weinig wisselingen van leverancier plaats.
De rem om energieprijzen te beperken is afgeschaft en juist door het openbreken van de markt schiet de gasprijs omhoog. Het Nederlandse aardgas is gekoppeld aan de olieprijs en wordt dus automatisch duurder. De hogere gasprijs vertaalt zich ook in hogere stroomprijzen doordat elektriciteit voor 60% door gas opgewekt wordt.
Alleen de staatskas vaart er wel b ij, omdat deze 600 miljoen tot een miljard euro rijker wordt.
De voordelen van de liberalisering zijn niet voor de consument, maar slechts voor de Nederlandse Staat. Weer is de bevolking op een schromelijke manier in de maling genomen. Er is duidelijk sprake van verkeerde voorlichting. Dagelijkse levensbehoeften zijn geen producten voor de vrije markt.
G.P.Beek
dinsdag, oktober 12, 2004
Woonlasten lage inkomens
De woningcorporaties maken zich terecht zorgen over de stijgende woonlasten voor huurders met lage inkomens. Dit is echter ook het geval voor huiseigenaren met een minimuminkomen. Deze groep wordt ook getroffen door de oplopende woonlasten. Ook zij voelen aan den lijve het verdwijnen van Zalmsnip en de gemeentelijke heffingen die ver boven het inflatieniveau uitstijgen. Het rijk is hieraan schuldig.
Het verdwijnen van de Zalmsnip is een regelrechte aanslag op de portemonnee van de burger en de gemeenten worden voor miljoenen gekort op de bijdrage krachtens het gemeentefonds. Vooral de korting op deze bijdrage weegt zeer zwaar omdat het hier voor de gemeenten een bron van inkomsten betreft. Hierdoor zijn de gemeenten genoodzaakt te bezuinigen en daarbij de lasten van de burger extra te verhogen. De OZB zal volgend jaar zeker weer een punt van discussie worden, immers er geldt nog geen maximalisering van het te verhogen bedrag. Dus zullen de gemeenten zeker deze belasting drastisch verhogen.
De woningcorporaties vinden dat huiseigenaren feitelijk buiten schot blijven bij de huidige lastenverhogingen. Deze redenatie is niet juist, zoals eerder aangevoerd worden ook huizenbezitters getroffen door de hogere woonlasten. De vermindering van de huursubsidie terugleggen op het bordje van de huiseigenaar is dus erg kort door de bocht. Ook omdat de woningen in 2005 opnieuw getaxeerd worden en er nieuwe huurwaardeforfaitbedragen voor de eigenwoning uit de bus zullen rollen. De eigenaar/bewoner zal dus weer zwaarder belast worden. Zowel huurwoningen als koopwoningen dreigen voor lage inkomens onbetaalbaar te worden. Dat men zich hiervoor zorgen maakt is dus volkomen terecht.
G.P.Beek
De woningcorporaties maken zich terecht zorgen over de stijgende woonlasten voor huurders met lage inkomens. Dit is echter ook het geval voor huiseigenaren met een minimuminkomen. Deze groep wordt ook getroffen door de oplopende woonlasten. Ook zij voelen aan den lijve het verdwijnen van Zalmsnip en de gemeentelijke heffingen die ver boven het inflatieniveau uitstijgen. Het rijk is hieraan schuldig.
Het verdwijnen van de Zalmsnip is een regelrechte aanslag op de portemonnee van de burger en de gemeenten worden voor miljoenen gekort op de bijdrage krachtens het gemeentefonds. Vooral de korting op deze bijdrage weegt zeer zwaar omdat het hier voor de gemeenten een bron van inkomsten betreft. Hierdoor zijn de gemeenten genoodzaakt te bezuinigen en daarbij de lasten van de burger extra te verhogen. De OZB zal volgend jaar zeker weer een punt van discussie worden, immers er geldt nog geen maximalisering van het te verhogen bedrag. Dus zullen de gemeenten zeker deze belasting drastisch verhogen.
De woningcorporaties vinden dat huiseigenaren feitelijk buiten schot blijven bij de huidige lastenverhogingen. Deze redenatie is niet juist, zoals eerder aangevoerd worden ook huizenbezitters getroffen door de hogere woonlasten. De vermindering van de huursubsidie terugleggen op het bordje van de huiseigenaar is dus erg kort door de bocht. Ook omdat de woningen in 2005 opnieuw getaxeerd worden en er nieuwe huurwaardeforfaitbedragen voor de eigenwoning uit de bus zullen rollen. De eigenaar/bewoner zal dus weer zwaarder belast worden. Zowel huurwoningen als koopwoningen dreigen voor lage inkomens onbetaalbaar te worden. Dat men zich hiervoor zorgen maakt is dus volkomen terecht.
G.P.Beek
