maandag, november 22, 2004

Nieuw huurbeleid

Minister Dekker heeft de uitwerking van het nieuwe huurbeleid toegezonden aan de Tweede Kamer. In dit beleid wordt aangegeven, dat verhuurders meer ruimte krijgen om de huren te verhogen. Als voorwaarde geldt, dat er extra nieuwbouwwoningen komen. Het plan is een onderdeel van de liberalisering van de huurmarkt. Voor het bepalen van de maximale huurprijs wordt in de toekomst uitgegaan van de WOZ-waarde.

Hierdoor wordt een kwart van het woningbestand geliberaliseerd. Tot op heden was dit 5%. Deze stap gaat veel te ver, omdat er nog altijd woningschaarste is en huurders feitelijk geen keus hebben. De verwachting bestaat, dat betere buurten, populaire stadswijken en randgemeenten in de toekomst onbetaalbaar worden voor mensen met lagere inkomens. Dit is zeker de mening van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Zij vinden ook, dat er eerst meer nieuwbouw moet komen en daarna de mogelijkheid van huurverhoging bekeken moet worden.

Immers de huurverhoging is bedoeld om de doorstroming tot stand te brengen. Mensen met hoge inkomens en een relatief lage huur worden dan gedwongen te verhuizen. Alleen in dien er voor die groep geen andere huizen voorhanden zijn, wordt het toch een moeilijke zaak. Een verandering in het huurbeleid wordt niet bereikt door huurverhogingen, die vooral de sociaal zwakkeren raken. Alleen door meer nieuwbouw wordt de keus groter en is de kans op doorstroming groter en tenslotte liberalisatie heeft bij schaarste altijd negatieve gevolgen.
G.P.Beek

zondag, november 21, 2004

Te dure energie

De consumentenbond is in het geweer gekomen tegen de hoge prijsstijgingen in de energiemarkt. De bond rekent gas en licht terecht als eerste levensbehoeften. De betaalbaarheid hiervan wordt volgend sterk ondermijnd door een verwachte prijsstijging van ministens 10 procent. Er dient dus een prijsmaximum te komen.

Dit tracht men te realiseren door middel van steunbetuigingen aan te bieden aan de politici in Den Haag. De grote energiebedrijven hebben reeds aangekondigd, dat de jaarrekening van de klanten met ministens 170 euro duurder wordt. De belangrijkste reden is de hogere olieprijs op de wereldmarkt. De olie is gekoppeld aan de gasprijs en daarom wordt dit product en de elektriciteit duurder.

De koppeling hoort niet thuis in de geliberaliseerde markt en wordt dan ook ten onrechte toegepast. De minister van economische zaken is een fervent voorstander van deze markt en beloofde de consument prijsverlagingen mede in verband met meer concurrentie. Het tegendeel wordt waar en hij dient dus in te grijpen. Of hij ingrijpt is de vraag, immers de Gasunie is de enige producent en aanbieder van gas met de staat als grootste aandeelhouder. De schatkist vaart wel bij hogere energieprijzen.
G.P.Beek