Gemeentelijke lasten

De lokale lasten stijgen ieder jaar. Ook in het jaar 2004, het jaar van de algemene bezuinigingen, gaan de tarieven sterk omhoog. In sommige gemeenten is de stijging enorm . De gemeente Wijdemeren zal de onroerende zaakbelasting met 23% verhogen. De burgers mogen blij zijn, dat die verhoging nog niet hoger uitvalt. Dit geeft slechts aan, dat de OZB een instrument is om een dreigend begrotingstekort te dichten. Wanneer het niet plaatsvindt ontstaat er een te kort van 3 miljoen euro op de gemeentebegroting. Bij de gemeente Blaricum was er ook reeds sprake van een zeer groot te kort en deze gemeente gebruikte ook de OZB om het gaat te dichten. Alleen worden deze inwoners eenmalig gecompenseerd door de verkoop van Regev aan Nuon. De gelden die gemeente uit dien hoofde kreeg wordt aan de burger ineens uitgekeerd.

De gemeentelijke lasten verschillen per gemeente. De verschillen zijn vaak terugvinden in de hoogte van de OZB. Afhankelijk van het te kort of het overschot worden de tarieven van de OZB vastgesteld. De inkomsten uit deze belasting kunnen namelijk door de gemeente onbeperkt verhoogd worden. Het houdt dus in, dat de OZB altijd een sluitpost is voor de gemeentelijke begrotingen. Rioolrechten en reinigingsheffing worden jaarlijks wel verhoogd, maar mogen maximaal alleen kostdekkend zijn. Deze belastingen worden uitsluitend besteed aan het riool of de reiniging. Dit in tegenstelling tot de OZB.

Het is dan ook logisch, dat de afkeer tot laatstgenoemde belasting zeer groot is. De burger wordt te veel als melkkoe gebruikt. Er waren reeds plannen om deze onredelijke belasting af te schaffen. Dit gebeurt niet omdat het rijk met grote te korten kampt en in de toekomst alleen het gebruikersdeel verdwijnt.

Deze eerste stap moet wel leiden tot de volledige verdwijning van de OZB. Immers zoals gesteld wordt deze belasting te veel als sluitpost van de gemeentelijke belastingen gebruikt.
Men dient echter ook in te zien, dat de gemeentelijke lasten niet voortdurend verhoogd kunnen worden. Immers door dit te doen neemt de koopkracht van de burgers nog verder af en zal het slechte economische getij niet keren.
G.P. Beek